De laatste avonturen zijn in Sri Lanka en India - Reisverslag uit Bombay, India van Sabrina & Wessel - WaarBenJij.nu De laatste avonturen zijn in Sri Lanka en India - Reisverslag uit Bombay, India van Sabrina & Wessel - WaarBenJij.nu

De laatste avonturen zijn in Sri Lanka en India

Blijf op de hoogte en volg Sabrina & Wessel

12 Oktober 2015 | India, Bombay

Dag 85 – Donderdag 1 oktober:
Het was inmiddels licht toen we in de taxi stapten die ons naar ons verblijf in Negombo bracht, zo’n 14 kilometer van het vliegveld. Wat heerlijk dat de mensen hier goed Engels spreken en eindelijk weer eens zeker te kunnen zijn dat je elkaar begrepen hebt. Bij aankomst (+- 6.30uur) werd ons aangeraden direct naar de vismarkt te gaan omdat de bedrijvigheid rond een uur of 8 wel afgelopen zou zijn. Dan maar aan één stuk door en per tuktuk worden we die kant op gebracht. Natuurlijk per tuktuk, je ziet hier namelijk meer tuktuks dan welk ander vervoermiddel dan ook. Zelfs de Piaggio uit Italië is present!

Een kilometer voor aankomst is al te ruiken dat we in de buurt komen. Honderden vissers komen op deze markt bij elkaar; de mannen brengen de vis aan land en de vrouwen bewerken deze verse vangst direct en proberen het te verkopen. We kunnen hier alle schatten van de Indische Oceaan bewonderen en de mensen vertellen ons graag welke soorten ze die dag in de aanbieding hebben. Kleine garnalen, smalle visjes, haaien, enorme roggen en tonijn van wel anderhalve meter. Als we bij het water gaan kijken zien we dat een aantal nog steeds aan het vissen is en een aantal anderen haalt de netten vol vis leeg. Alles behalve toeristisch en een leuke manier om kennis te maken met het leven op Sri Lanka!

Bij terugkomst een verfrissende koude douche en gunnen we onszelf een paar uur slaap. ‘s Middags huren we fietsen en scheuren we het stadje door langs allerlei tempels, kerken en het ‘Dutch Canal’. Dit kanaal is in de 17e eeuw door de Hollanders aangelegd en onlangs nog met Nederlandse hulp uitgediept waardoor deze weer geschikt is voor binnenscheepvaart. Terwijl ik een aantal foto’s aan het maken ben, komt een Srilankaan (heet dat zo?) met Wessel praten. Na alle andere landen is de ervaring dat iedereen iets van je wil, je wat wil verkopen. Deze man bleek echt geïnteresseerd te zijn. Toen hij over de Nederlandse voetbalcompetitie begon en Wessel in de gaten had dat hij hier meer vanaf wist dan hij zelf, kapten we het af. Tijd om te lunchen. We kwamen er niet zomaar vanaf want hij wilde ons nog even uitnodigen voor een drankje vanmiddag of morgenochtend en legde de route naar zijn huis uit. ‘’Let’s develop a friendship, we can write letters!’’. Wij kijken nog wel even, zeiden we… Het restaurant dat we voor ogen hadden konden we niet vinden en eindigden op een muurtje bij de leveranciersuitgang van een supermarkt met een kilobak yoghurt, plastic lepels bananen en een fles Sprite.

Het hotel ligt een paar meter bij het strand vandaan en brengen daar het einde van de middag door. Na zo’n twee maanden is het eindelijk weer eens aangenaam om in de zon te zitten. Paar graden koeler en een fris zeebriesje. We liggen op de onderkant van omgekeerde boot en hebben genoeg te zien: jonge kereltjes zijn aan het voetballen, toeristen liggen te zonnen en handelaren die hun souvenirs tegen ‘special prices’ aan proberen te smeren. ‘s Avonds eten we in het restaurant om de hoek en stippelen we de tour voor de komende dagen uit.

Dag 86 – Vrijdag 2 oktober:
We beginnen de dag rustig met een uitgebreid ontbijt op ons balkon. Ons ontbijt bestaat bijna elke dag uit geroosterd brood met gefrituurd ei en fruit. Meestal georganiseerd door de eigenaar van de homestay of het hotel. Gisteravond hebben we besloten om de komende 6 dagen op pad te gaan met een privéchauffeur. In vergelijking met het openbaar vervoer zal dit ons een hoop tijd, energie en slepen met de bagage besparen. Daarnaast reizen we niet alleen van/naar een plaats, maar willen ook onderweg nog het één en ander bezoeken.

Vandaag rijden we in noord oostelijke richting naar Sigiriya maar stoppen onderweg bij Pinnawala voor het olifantenweeshuis. We weten dat we ontzettend verwend zijn door wat we hebben gezien in Chiang Mai, maar schrikken toch een beetje als we hier olifanten aan kettingen en verzorgers met stokken (met daarop metalen prikkers) zien. Dit weeshuis is in 1975 gestart met vijf baby olifanten die gewond zijn geraakt in het wild. Als we bij een grote open vlakte aankomen zien we gelukkig dat het merendeel losloopt. De woonomgeving is prachtig! Er zijn geen kooien maar een afscheiding van kleine rotsen waar wij niet achter horen te komen en waarvan de olifanten maar al te goed weten deze niet te mogen passeren. Tijdens de voedertijd geven we de babyolifanten nog een fles melk. Voor ons is het ook tijd om te lunchen en we weten dat de olifanten zo de straat oversteken om te gaan badderen in de Ma Oya rivier. Wij nemen plaats bij een restaurant en hebben een tafel aan het water. Wat een genot om de olifanten te zien spelen, badderen en wandelen! Voor ons een goede reden om een lange tijd te blijven zitten.

Tussen drie en zes zitten we in de auto om de rest van de kilometers af te leggen. We vervelen ons geen moment; praten met de chauffeur en hebben genoeg om naar te kijken. ’s Avonds gaan we nog langs een minimarket voor het diner (yoghurt+bananen) en halen we wat slaap in.

Dag 87 – Zaterdag 3 oktober:
08:00uur staat de chauffeur klaar om ons naar de ingang van de 200 meter hoge Leeuwenrots te brengen. Deze enorme rots steekt ver boven het groene omliggende landschap uit en hier zijn de ruïnes van een koninklijk paleis te zien. Je vindt deze ruïnes aan de voet van de rots maar ook 1200 traptreden hoger; bovenop. Tijdens deze behoorlijke klim zien we eeuwenoude muurschilderingen van naakte vrouwen, lopen tussen de leeuwenpoten ‘de leeuwenpoort’ door (onderdeel van wat vroeger een gehele leeuw was) en spotten we allerlei dieren. Na alle traptreden – uiteraard op slippers – getrotseerd te hebben werden we getrakteerd op een overweldigend uitzicht. Heel veel groen, meren en in de verte gebergte. In de wijde omgeving is geen stad of dorp te bekennen. Bovenop zijn nog de funderingen van het oude paleis zichtbaar, dat al in 1155 achtergelaten is. Wel bedenken we goed dat ze eeuwen geleden geen stalen trap hadden om bovenop te komen.
Na dit actieve gebeuren in de zon stappen we in de koele auto en worden we in een uur naar Polonnaruwa gebracht. Ook hier bekijken we ruïnes maar dan van een oude stad. Verbazingwekkend hoeveel er van sommige boeddhistische/hindoeïstische tempels is overgebleven. Het merendeel is totaal anders dan de tempel ruïnes van Angkor waardoor we ons weer goed vermaken. Ondanks dat overal bordjes in het Engels staan, is het wat te lastig om alle koningen met veel te ingewikkelde namen uit elkaar te houden. Stukje geschiedenis van Sri Lanka misgelopen. De apen zijn de nieuwe bewoners van deze stad. Weer andere soorten dan we in ZO-Azië hebben gezien en we verwachten inmiddels wel de meeste soorten af te kunnen strepen. De ruïnes liggen een paar honderd meter bij elkaar vandaan waardoor we de chauffeur nog even flink aan het werk zetten.

Bij de late lunch op de terugweg proberen we Curd: buffalo yoghurt met honing. Best lekker! Rond vijf uur zijn we weer terug in Sigiriya en hebben we vooral zin in een verfrissende douche. Rest van de avond is het chillen geblazen! Van het plan om vroeg te gaan slapen is weinig terecht gekomen. Voor het eerst tijdens onze reis zat de kamer vol met insecten: een lange duizendpoot, dikke spin, veel vliegen en een aantal muggen. Misschien te verwachten zo midden in de jungle maar wij vinden dit maar niets. Gelukkig hebben we een spuitbus vergif en gaan we de beesten te lijf. Daarna toch maar proberen te slapen. Nog geen vijf minuten later sloeg Wessel wat om zich heen en zegt wat te voelen. Terwijl ik hem vertel dat het vast tussen zijn oren zit, doet hij het licht aan en zie ik dat de dikke spin inmiddels over mij heen kruipt. Gillen!

Dag 88 – Zondag 4 oktober:
De eerste stop op deze vroege morgen maken we bij de Boeddharots van Dambulla. We besluiten deze niet te beklimmen aangezien we vanmiddag ook al wat tempels op het programma hebben staan en de tempels steeds meer op elkaar vinden lijken. Wel bekijken we het reusachtige goudkleurige Boeddhabeeld en de stupa. De volgende stop is in de plaats Matale, dat bekend staat om de kruidentuinen. De grond en het klimaat (warmer dan het zuiden, kouder dan het noorden) is uitermate geschikt om allerlei soorten kruiden te verbouwen. Al voor we uit de auto gestapt zijn, staat de gids van de kruidentuin klaar om ons rond te leiden. Als we vragen wat een ticket kost, zegt hij: ‘’free of charge’’ maar zodra we een stap in de tuin hebben gezet geeft hij aan ‘’just pay something if you’re happy with our service, no pressure’’. Sure, we zien de bui al hangen. Toch vertelt hij leuk over allerlei kruidensoorten en laat ons van alles zien, ruiken en proeven; o.a. gember, vanille, cacao, peper en curry. Daarnaast hadden alle kruiden (of een mix daarvan) wel een medicinale werking. Voor alles wat, elke rimpel, litteken of ziekte. Daarnaast zorgt een bepaald poeder voor witte tanden en van ananastabletten val je veel af. Drie keer raden hoe hij eruit zag, zeer overtuigend dus. Terwijl we door de tuin liepen kregen we een kopje kruidenthee (lekker maar heftig) en werden allerlei zalfjes op onze armen, benen en gezicht gesmeerd. Allemaal aangename luchtjes en uiteraard puur natuur. Wel mist Wessel nu wat haar op zijn benen. Na deze rondleiding moesten we plaatsnemen en kregen we ongevraagd een ‘gratis’ nekmassage. Twee mannen kwamen eraan en voor we het wisten masseerden ze niet alleen de nek, maar het hele lichaam. Ook nu werden allerlei zalfjes en oliën gebruikt. Ze deden goed hun best en vonden dan ook dat we hen wel wat konden geven. De gids ook nog wat en na hem bedankt te hebben lopen we naar de uitgang. Zo snel kwamen we er niet vanaf, de gids kwam direct achter ons aanhollen en leidde ons naar de kruidenshop. ‘’What do you want to buy?’’. Toen we de belachelijk hoge prijskaartjes zagen bedankten we vriendelijk. De gids was het hier niet helemaal mee eens en zette aardig wat druk. Wij trappen hier niet in en vluchten snel naar de auto.

We vervolgen onze route naar de belangrijkste religieuze en culturele stad van het land: Kandy. Kandy ligt op 500 meter hoogte op en tussen de berghellingen. Allereerst bezoeken we de topattractie: de Dalada Maligawa, oftewel de Tempel van de Tand. Hier schijnt de linkerbovenhoektand van Boeddha bewaard te worden, die in 408 vC na de crematie uit het as gevist is. De tempel is vol met in het wit geklede gelovigen, die lotusbloemen en frangipani offeren en lontjes op brandbare olie aansteken. Mooi gezicht! Langs het kunstmatig aangelegde Kandymeer klimmen we in ongeveer 30 minuten naar een enorm Boeddhabeeld. Vanaf hier hebben we goed uitzicht over de stad! Soort Corcovado (Jezusbeeld in Rio) maar dan anders. Same same, but different zoals hier in Azië gezegd wordt. Helaas zijn we niet meer op tijd voor een culturele show, dus halen eten in de supermarkt en keren terug naar het hotel. Natuurlijk wel even een filmpje op YouTube van deze show bekeken. Nogmaals; same same, but different.

Dag 89 – Maandag 5 oktober:
Om half 8 laden we weer alle spullen in de auto. Onze trouwe chauffeur stond weer mooi op tijd klaar. We slingeren al een tijd bergopwaarts door de kilometerslange theeplantages als we een stop maken bij de Glenloch theefabriek. Wie aan Sri Lanka denkt, denkt aan thee, toch? Waarschijnlijk vanwege de bekende merknaam die gelijk is aan de oude naam van het land; Ceylon. Op het hoger gelegen binnenland met het milde en natte klimaat groeien de theeblaadjes op z’n best. Een vriendelijke Srilankaanse leidt ons rond en geeft informatie over het productieproces. Was interessant, we wisten bijvoorbeeld nog niet dat zwarte, groene en witte thee van dezelfde plant worden gemaakt, alleen dan met andere onderdelen en een andere bereiding. Bij groene thee worden de blaadjes gestoomd, witte theeblaadjes zongedroogd en zwarte thee gaat een heel proces van drogen, verhitten en vervolgens weer nat sprayen. Bijzonder aan deze fabriek is dat ze de groene, witte en vijf kwaliteiten zwarte thee onder 1 dak maken. Als afsluiting moeten we natuurlijk een kopje thee proeven en koopt Sabrina nog wat Earl Gray voor thuis.

We rijden hoger de bergen in richting het gebied dat ook wel klein Engeland genoemd wordt. Niet alleen zijn veel gebouwen in die stijl, ook wordt het koeler (zeg maar gerust koud), mistiger en regent het. Vanaf het dichtstbijzijnde treinstation van Nuwara Eliya pakken we de trein naar Ella, gelegen op +- 2000 meter hoogte. Enorm mooie rit van zo’n 80km waar de trein 3,5 uur over doet. Over de bergheling langs allerlei theeplantages, door tientallen tunnels en met spectaculaire uitzichten. In Ella stond de chauffeur klaar en bracht ons naar een heerlijk restaurant. Sabrina een steak met aardappelpuree en groenten en Wessel de lokale rijst met curry in een bananenblad.

Sabrina is blij als de kronkelweggetjes veranderen in lange rechte wegen als we de laatste 75km naar ons hotel in Udawalawe afleggen. Vergis je niet, dat duurt hier 3 uur! Onderweg nog een prachtige zonsondergang boven het National Park en het is al even donker als we aankomen.

Dag 90 – Dinsdag 6 oktober:
Het advies van papa luidde als volgt: voor dag en dauw opstaan om de laatste dagen wat op te rekken. Natuurlijk wordt er altijd goed geluisterd en staan we dan ook om 5 uur ’s ochtends op. Vandaag is het tijd voor een safari en wel door het Udawalawe National Park. Om half 6 scheuren we met in de jeep van de hoteleigenaar naar de ingang van dit uitgestrekte natuurgebied. Fantastisch mooi! We zien de zon opkomen en de dieren schijnen nu nog het meest actief te zijn. De wegen zijn (zoals het hoort) onverhard en we schudden en stuiteren alle kanten op. Dit is het thuis voor zo’n 600 olifanten en spotten er dan ook veel! Dit park is droog waardoor je hier veel grasvlaktes ziet en lage begroeiing. Gemakkelijk voor ons, want deze reuzen steken er bovenuit. Daarnaast staan er veel dode bomen in het park waaraan ze zich mooi kunnen krabben.

De gids nam alle tijd voor ons en liet ons genieten van de omringende dieren. Daarna weer snel door om andere soorten te vinden. Dat is het goed gelukt! Vandaag hebben we (in het ochtendzonnetje) krokodillen, schildpadden, kameleons, waterbuffels, langur apen, herten, pelikanen, tucans, verschillende roofvogels, wilde katten, varanen en prachtige kleurrijke vogels gezien. De gids was heel enthousiast en we hebben weinig andere jeeps gezien. Zeker onze verwachtingen overtroffen! De safari zou eigenlijk tot 8:30 duren maar ook de gids had het zo goed naar z’n zin dat het anderhalf uur later is geworden.

Bij terugkomst stond ons ontbijt al klaar en na een verfrissende douche stappen we met de hele handel de auto weer in. Onderweg nemen we een kijkje bij het Chandrika meer en stoppen we in Unawatuna om wat paalvissers te spotten. Paalvissers zijn mannen die een paal in het water hebben geplaatst, met twee meter boven het water een zijstokje waarop zij met een bamboehengel in de hand kunnen gaan zitten. Waarom? Na de 2e wereldoorlog waren er meer vissers dan plek op de rotsen om te vissen. Creatief toch? Helaas zijn de echte paalvissers (zo goed als) verdwenen maar gelukkig voor ons zijn er nog een aantal ‘vrijwilligers’ die in ruil voor een paar centen de oude traditie laten zien. Ze vissen dus wel… niet naar vis, wel naar geld. Rond 16:00 uur komen we aan bij ons guesthouse in Galle. Letterlijk bij mensen thuis. We vermaken ons op het balkon en gaan ’s avonds Indiaas eten. Scherpe curry voor Wessel (wat zorgde voor uitbundige hik-buien en een bezweet voorhoofd) en droog naanbrood voor Sabrina. Ook vandaag hebben we weer goed besteed!

Dag 91 – Woensdag 7 oktober:
Nadat we gister tegen de chauffeur hebben gezegd dat hij vanmorgen uit kon slapen, hebben we onszelf snel gecorrigeerd. Het is natuurlijk veel makkelijker als hij ons ophaalt en naar het oude stadje rijdt, in plaats van dat we dit zelf lopend (3km) moeten doen. Ook vandaag willen we weer goed besteden en staan dan ook al om 8:15 uur in Galle.

Galle was vroeger de belangrijkste havenstad van Sri Lanka en staat nu vooral bekend om de Nederlandse geschiedenis in het VOC tijdperk. Zo hebben de Nederlanders tijdens de overheersing in de 17e en 18e eeuw een fort gebouwd ter grootte van 36 hectare. De metersdikke stadmuren, de bastions, de kloktoren en de vuurtoren zijn nog te bekijken. De stadsmuren zijn flink beschadigd, mede door de tsunami die in 2004 een groot gedeelte van zuid/west Sri Lanka verwoest heeft. De muur heeft zijn dienst wel bewezen aangezien deze de hoge golven enigszins konden afremmen en daarmee een groot deel van de stad konden beschermen. Toch erg indrukwekkend als we over de stadsmuren lopen, terugdenkend aan wat we weten over die tijd (eigenlijk veel te weinig) en beseffen wat onze landgenoten hier neer hebben gezet destijds. Als we naar rechts kijken zien we (12 meter onder ons) de kolkende en wilde zee, links zien we de smalle koloniale straatjes. In tegenstelling tot de ruïnes van Pollonaruwa is het hier nog onderdeel van het dagelijks leven. Het rondje rondom het fort wordt vooral gebruikt voor de sportievelingen binnen de lokale gemeenschap. In een van de straatjes ontmoeten een oudere man, die met een boek voor zijn ‘Dutch House’ zit. Hij vraagt of we willen zitten en vol trots laat hij oude VOC munten zien die hij van zijn grootvader heeft gekregen. Terwijl we teruglopen naar de chauffeur worden we aangesproken door een duiker die ons wijsmaakt allerlei van deze munten bij de schipwrakken gevonden te hebben en kan er aan Wessel wel een paar verpatsen. Zijn ze echt; goede deal gemaakt. Zijn ze nep; duur souvenir. Twee uur later komen we terug bij de auto en rijden via de kust terug naar Negombo.

Onderweg zien we een aantal door de tsunami verwoeste huizen die na de tijd nooit meer bewoond en daarmee opgeknapt zijn. Deze bewoners zijn namelijk overleden tijdens de tsunami... Tevens staat er een gedenkmonument van een reusachtige Boeddha, de golven waren even hoog! Op deze plek heeft een tragisch treinongeluk plaatsgevonden waarbij een overvolle trein meters van het spoor af is ‘geblazen’ en vol is gelopen met water. Naar schatting meer dan 2000 mensen overleden en hiermee een van de meest tragische treinongelukken in de geschiedenis. Het dorp is opnieuw gebouwd, het spoor is gerepareerd en de locomotief en 2 wagons rijden weer hetzelfde traject.

Om 16:00 uur checken we weer in op dezelfde plek in Negombo als waar we begonnen zijn. Nog geen uur later ligt Sabrina al te slapen. ’s Avonds nog even wakker maar weinig energie om ook maar iets te doen. Snel maar weer omdraaien dus en Wessel gaat ook slapen.

Dag 92 – Donderdag 8 oktober:
Na veel uren slaap weer vol energie en goede moed aan de nieuwe dag begonnen. We starten met een ontbijtje op het balkon en scheuren vervolgens met de tuktuk naar het busstation. Hier staat de lokale bus al klaar die ons voor slechts 30 cent p.p. naar Colombo brengt, zo’n 30 km verderop. De kleurrijke bus is enorm verouderd maar door een afwisseling van kersthits (jinglebells en rudolph the rednose reindeer) en ABBA op vol volume is het gekraak niet te horen. De bus wordt voller en voller en het duurt eindeloos voor we een paar kilometer hebben afgelegd. Ondanks dat de ramen wagenwijd openstaan, is de temperatuur binnen gestegen naar 39.7 graden. Ruim anderhalf uur later stappen we dan toch midden in de chaos van de wijk Pettah uit. Dit moet de interessantste wijk van Colombo zijn. Zo’n chaos hebben we nog niet eerder gezien. Alles is oud, smerig en continu ruik je vieze luchtjes. De gebouwen zijn vervallen en de mensen lijken op zwervers. Er wordt van alles heen en weer gesjouwd, voornamelijk uien en knoflook. Op de markten/bazaars wordt vooral gehandeld in huishoudelijke producten en kleding. Voor toeristen is hier niets te koop en andere toeristen zien wij dan ook niet. Wij zijn inmiddels behoorlijk wat gewend, maar zelfs wij hadden na een paar straten zoiets van ‘’wegwezen hier!’’. We lopen door naar een andere wijk van deze hoofdstad; Fort. Het straatbeeld veranderd snel. Zodra we over de boulevard langs het strand lopen zien we een bruisend commercieel centrum met een combinatie van koloniale gebouwen en moderne wolkenkrabbers. Wat een wereld van verschil! We voelen ons toch meer thuis in de tweede wijk waar we rondlopen, tempels overslaan en lunchen. Wel in één of andere foodcourt, want van gezellige restaurantjes/terrassen lijken ze niets te weten. Bij het busstation besluiten we ‘meer’ te betalen voor de terugreis (60 cent) waardoor we in een kleiner busje met airconditioning via de snelweg worden teruggebracht.

Bij terugkomst in het hotel schijnt de zon nog en grijpen we de kans om nog even op het strand te liggen. Wij zijn de enige toeristen en worden na een uur alle strandverkopers wel een beetje zat. Kloppen natuurlijk ook allemaal bij ons aan. Dan genieten we nog maar even van de laatste zonnestralen op het terras langs het strand met een koud drankje!

Dag 93 – Vrijdag 9 oktober:
Rustdag! Dat is lang geleden. Begon goed, zonder wekker. Helaas trok het snel helemaal dicht en begon het te regenen. Blijkbaar regenseizoen, waar we gelukkig eerder niets van gemerkt hebben. We vragen de eigenaar van dit kleinschalige hotel een ontbijtje voor ons te maken en blijven de rest van de ochtend met hem praten. Erg gezellig en hebben het over allerlei dingen. De verschillen tussen Sri Lanka en Nederland, de geschiedenis en gewoonten. Rond 13:00uur klaart het op en boven verwachting breekt het zonnetje nog even door. Omkleden, strandspullen pakken en we verhuizen naar het dure hotel aan zee aan de overkant. Voor maar een paar euro huren we ligbedjes en kunnen we gebruik maken van het zwembad. Sabrina ligt te zonnen en Wessel komt het zwembad niet meer uit. De laatste Srilankaanse roepie maken we op aan drankjes aan de bar. Goede afsluiting van de drukke dagen in dit mooie land!

Om 17:00uur moeten we aanschuiven. De familie van de eigenaar heeft een typisch Srilankaanse maaltijd voor ons bereid: gegrilde en gekruide vis (van de vismarkt), rijst met curry en patatjes. Sabrina vond de inmiddels bijna dagelijkse kost (patat) dan wel het lekkerst, toch was het leuk om één en ander te proberen.

Na deze speciale maaltijd gaan we om 18:30uur per tuktuk naar de luchthaven. Alles gaat netjes op tijd en komen om 12:00uur aan in Mumbai. Door de visumprocedure, bagagecontroles en het trage inchecken bij het hotel kunnen we pas rond 02:30uur naar bed. Het was weer een lange rit! Wat zullen we lekker slapen in het laatste vreemde bed.

Dag 94 – Zaterdag 10 oktober:
Je zou toch denken dat we wel het een en ander gewend zouden zijn na drie maanden Azië. Zijn we waarschijnlijk ook wel maar Mumbai gooit er nog even een schepje bovenop. We kunnen wel stellen dat we enigszins in shock waren toen we vanmorgen het hotel uitliepen. Wat een chaos, wat een viezigheid en wat een armoede. Het is met 20 miljoen inwoners een gigantische stad. Het zuiden schijnt wat meer toeristisch te zijn maar waar wij zitten (bij het vliegveld, noordelijker) is geen toerist te bekennen. Ze noemen het ook wel de stad van de uitersten, de extremen. Wij gaan hier in dit gedeelte maar één kant van de medaille zien. Het hotel grenst aan de metro, heel ideaal! We kopen een kaartje, gaan naar het perron en stappen in de metro (inclusief airco). Deze moderne metro (vergelijkbaar met de skytrain van Bangkok) steekt fel af tegen de armoede van de stad.

We willen graag lunchen in een Indiaas restaurant waar iedereen heel enthousiast over is maar moeten hiervoor wel nog een keer overstappen. De metro verruilen we voor de trein. Het treinstation… Even voelde het alsof we opgeslokt werden door de stad. Bloedheet, de hoge luchtvochtigheid, duizenden mensen die continu tegen je aanstaan of tegen je aanlopen, alle ogen op ons gericht en geen idee meer waar we vandaan kwamen of heen moeten. Even naar beneden, de drukte uit. Adem in, adem uit. We kunnen weer. Een aardige gast wees ons naar de kassa en het juiste spoor en alles was weer normaal. Gelukkig waren we in het bezit van een eerste klas ticket, want toen de trein aan kwam rijden hing iedereen er met armen en benen uit. De trein functioneert hier overigens als tram, rijdt af en aan. Terwijl de trein afremt, stappen (springen) de eerste mensen al uit en in. Echt tot stilstand komt de trein niet en terwijl wij nog vanaf het perron keken waar de eerste klas wagon zich bevond, maakte de trein alweer vaart en moesten wij wachten op de volgende. De trein heeft een eerste klas, tweede klas en een vrouwen wagon. De eerste klas is nog steeds oud, vies en heeft niets comfortabels te bieden maar er is in ieder geval de mogelijkheid om te zitten en je zit niet als een sardientje in een blik. Bovendien kost de eerste klas 50 roepie (70 cent) en de tweede klas 10 roepie (15 cent). Nog een paar straten lopen (werkelijk geen één ‘huis’ is mooi) komen we aan bij café Madras. Sfeerloos restaurant, volgebouwd met tafels maar het eten moet verrukkelijk zijn. Wel propvol met locals (goed teken) en als we de berichten moeten geloven is het uitzonderlijk dat we niet nog een tijd in de wachtrij hebben moeten staan. Op aanraden van de ober bestellen we 2 dingen: set dosa en mysore masala dosa. Nog geen vijf minuten later krijgen we 2 soorten pannenkoekachtigen. No spicy, verzekerde hij ons. Toen hij ons zag martelen met een lepel (wat in Azië overigens gebruikt wordt als mes) kwam hij snel terug: eten doe je met je handen, veel smaakvoller! We kwamen er niet onderuit want hij bleef net zolang staan om te kijken hoe we het deden. Het niet-spicy sausje was Sabrina al veel te scherp maar zo los smaakte het goed! Het wel-spicy sausje bezorgt Wessel weer een flinke hik-bui en zweet op het voorhoofd. Na een blik op de klok hadden we ineens haast, we moesten over een uur (14:30uur) ons al melden voor een tour door de sloppenwijk Dharavi. Openbaar vervoer schiet niet bepaald op en Wessel zag op de kaart dat we beter binnendoor konden lopen. De vervallen huizen veranderen in krotten en de straten liggen steeds voller met afval. We passeren soort van zwartgeblakerde flatgebouwen, de balkons hangen vol met kleding. Zwervers liggen op elke hoek tussen het afval. Het gedeelte wat wij tot nu toe van Mumbai hebben gezien lijkt wel één grote sloppenwijk. Precies op tijd komen we aan op het meetingpoint en brengt gids Sunny ons naar Dharavi, de sloppenwijk bekend van de film Slumdog Millionairs. Wat blijkt? Wij hebben net al door deze wijk rondgelopen!

We beginnen in de ‘commerciële’ wijk waar zwaar industrieel werk verricht wordt: recyclen van plastic, recyclen van aluminium en leer (net van het dier af) omtoveren in het product leer zoals wij dat kennen. Toch vreemd om hier dan westers plastic afval op een hoop te zien liggen. Stapels met plastic van hedendaagse smartphones, playstations, computers, auto’s… je kunt het zo gek niet bedenken, allemaal producten welke we alleen thuis tegenkomen. Deze bergen worden door de mensen hier gesorteerd op kwaliteit en kleur van het plastic. Vervolgens wordt het vermorzeld tot kleine stukjes, met de hand gewassen, gedroogd en omgesmolten tot ‘nieuw’ plastic. Dit wordt dan weer verkocht aan de fabrikanten en de kans is groot dat het over een aantal jaar hier weer hetzelfde proces doorgaat. In de verte komen grote rookwolken uit een krot wat ons aan het hoesten maakt. Als we dichterbij komen zien we een man, zwart van het roet, in een kleine ruimte aluminium op het vuur gooien. De temperatuur in de ruimte is enorm hoog, wel zo’n 60 graden! 12 uur per dag werken, slapen in dezelfde ruimte en dit allemaal voor 3 euro per dag. Niet gek dat de levensverwachting maar 45 jaar is. Dit geeft toch wel een compleet andere dimensie aan het goede gevoel wat we hadden bij gerecycled materiaal. Vanaf het dak hebben we ver uitzicht, alle daken liggen vol volle vuilniszakken en andere plastic producten. Dit lijkt afval maar is vooral de productie die hier ligt te drogen. Er wonen één miljoen mensen in deze sloppenwijk van nog geen twee vierkante kilometer, waardoor we door smalle (50cm) en lage steegjes lopen/kruipen om de woningen te bekijken. De huizen zijn klein, gemiddeld 12 vierkante meter, geen toilet, geen stromend water, beperkte beschikbaarheid tot elektriciteit, geen daglicht en de kinderen zijn verplicht te spelen tussen afval. Heel triest om te zien en maakt ons sprakeloos. De bewoners zelf vinden dit veel minder triest, ze weten namelijk niet beter. De overheid vervangt kosteloos sommige delen voor flatgebouwen (waar we het eerder over hadden) waar de mensen meer hygiëne, meer ruimte en een toilet voor terugkrijgen. Dit lijkt een vooruitgang maar ook hier denken de bewoners anders over. Sterker nog, ze protesteren hiertegen. Het gevoel van de gemeenschap verdwijnt en dat is misschien wel wat ze het belangrijkst vinden. Door de lage of geen educatie is er weinig besef over hoe belangrijk hygiëne is. Hierdoor vormen zich regelmatig grote ziekte- en/of malaria uitbraken, mede door de grote bergen afval. Wij vinden de flats er oud uitzien maar deze zijn blijkbaar niet geen 10 jaar geleden gebouwd! Door de slechte kwaliteit van het bouwmateriaal (deze projecten worden door de overheid uitbesteed en de aannemer steekt de helft van de centen in eigen zak), het zeeklimaat (hadden we al gezegd dat Mumbai aan de kust ligt?) en door de vervuiling vervallen de gebouwen in recordsnelheid. De laatste stop is bij een schooltje wat is opgericht door de organisatie waarmee we deze tour doen. 80% van de opbrengsten van deze tour worden in de community gestoken in de vorm van educatie. Goede zaak!

Voor we weer terug zijn bij het hotel is het al donker. Weer een (intense) dag voorbij, nog maar één te gaan…

Dag 95 – Zondag 11 oktober:
Gister hebben we gemerkt hoeveel tijd het kost om van de ene plek naar de andere te gaan. Vandaag hebben we daarom maar een privéchauffeur gehuurd die ons in een dag langs de hoogtepunten van het zuiden van de stad brengt. Deze vriendelijke man stond om 8:30 uur klaar en bracht ons naar Dhobi Ghat. Een grote eeuwenoude wasserette in de openlucht, uiteraard in een sloppenwijk. Duizenden mannen staan hier met de hand de was van hotels, ziekenhuizen en de rijkere bevolking te wassen. Schrobben, losslaan, wassen en drogen… kilo na kilo van 6:00 tot 18:00 uur, dag in dag uit. Vanaf de brug hebben we uitzicht over het hele proces, de scheefgetrokken waslijnen (waar alles zeer georganiseerd op hangt) en zien we de mannen aan het werk. Fascinerend om te zien, aangezien een wasmachine de normaalste zaak ter wereld voor ons is. Ook India blijft zich ontwikkelen waardoor deze ouderwetse industriële werkplaats in de komende jaren zal verdwijnen. Als we door het zuiden rijden zien we een totaal ander Mumbai. Vandaag (zondag) minder druk, veel mooie koloniale Britse gebouwen en hier en daar winkels en hotels. We zien veel koeien langs de straat liggen, aan een touw, naast elke koe zit een vrouw. De chauffeur legde ons uit hoe dat gaat: de vrouw huurt de koe van een particulier voor de ochtend, koopt een hoop gras op de markt en gaat ergens zitten waar veel mensen langslopen. Mensen lopen langs, kopen voor een paar cent wat gras en geven dit aan de koe. De koe is heilig en dit zorgt voor geluk. De vrouw heeft het hartstikke druk en aan het eind van de ochtend een grote zak geld verdiend. Win-win situatie heet zoiets, iedereen blij.

De littekens van de bloederige aanslagen in 2008 zijn nog steeds voelbaar en op sommige plekken zichtbaar. Zo komen we vandaag langs bij veel plaatsen waar de aanslagen plaatsgevonden hebben. Zo maken we een stop bij werelderfgoed en tevens één van de drukste treinstations ter wereld; Chhatrapati Shivaji terminus. Groot, prachtig Brits gebouw maar ook één van de doelwitten op 26 november 2008. We zien het bekendste en duurste hotel van de stad. Vele beroemdheden hebben hier de nacht doorgebracht. Tevens het belangrijkste doelwit tijdens de aanslagen, waar twee dagen lang mensen zijn gegijzeld en vermoord. Vlak naast dit hotel staat misschien wel de belangrijkste bezienswaardigheid van Mumbai: de Gateway of India. Samen met duizenden anderen (waaronder vooral veel locals) bekijken we de 26 meter hoge triomfboog. Prachtig gelegen zo langs de zee! De terroristen zijn hier destijds met een vissersbootje aan land gekomen. Het is tijd voor de lunch en hebben het laatst beschikbare tafeltje in het populaire Leopold Café. Het café gaat al tientallen jaren mee en staat bekend om het goede eten, de heerlijke atmosfeer, de drukte en… als een van de doelwitten. De kogelgaten zijn nog zichtbaar in de muur. Wessel geniet van zijn (voorlopig) laatste Aziatische biertje, Sabrina van een vruchtensap en we verorberen de lekkerste ‘gralic naan’ en ‘cheese naan’ die we tot nu toe gehad hebben.

We wijken van de standaard tour af en bezoeken de Crawford Market. Een grote voedsel- en dierenmarkt, uitsluitend bedoeld voor de lokale bevolking. We hebben in de afgelopen maanden al de nodige markten gezien, toch blijft het bijzonder om te zien. Veel verschillende soorten groenten, fruit, kruiden, noten en genoeg (goed uitziende) beesten: parkieten, konijnen, kippen, cavia’s, ratten en allerlei puppy’s (voornamelijk labradors). Sabrina moest er natuurlijk even mee knuffelen en toch even de vraag gesteld: eten jullie hier honden? Gelukkig was het antwoord nee. Dit moet je gewoon gezien hebben als je in Mumbai bent. Tot slot brengen we een bezoek aan de Hanging Gardens (‘hanging’ omdat onder de tuin een gigantisch zoetwatervoorziening zit), een van de enkele stukken groen tussen al het beton, bekijken we de 6km lange skyline en rijden we over de 5.6 kilometer lange Bandra-Wasli Sealink Bridge. Deze 8 baanse brug over zee moet de chronische verkeerschaos in deze miljoenenstad wat verlichten. Bij terugkomst in het hotel organiseren we de spullen weer wat maar voelt het bij het inpakken nog steeds niet alsof we naar huis gaan. Gewoon naar de volgende bestemming, toch?

Dag 96 – Maandag 12 oktober:
Nee, het zit er op. Door de festiviteiten in Mumbai vannacht hebben we ook tot 2:00uur weinig slaap gehad. Toen ging de wekker en gaan we nog even snel douchen. Het is tijd om naar huis te gaan en het werk weer op te pakken. Wat hebben we een fantastische tijd met elkaar in Azië gehad. Genoten van elke minuut, elk land, elke bezienswaardigheid. We hebben het gevoel er het maximale uit gehaald te hebben en dat geeft voldoening. Straks zien we een hoop van jullie lieve lezers weer en hier kijken we naar uit! De rest: ook tot snel, we vinden het leuk dat jullie op deze manier meegereisd zijn en bedankt voor alle lieve reacties!

  • 12 Oktober 2015 - 11:06

    Gezina:

    Zo ...net binnen en meteen (grotendeels) gelezen, geweldig weer...........maar vandaag hebben we weinig tijd.
    We hebben wat belangrijkers te doen.....nl ...de vakantiegangers ophalen op Schiphol!!! Vandaag komen jullie thuis en kunnen we zeggen dat het hele avontuur goed is verlopen. Fijn om jullie straks weer te zien en vast te kunnen houden!!!!!
    Dus ik stop nu....reageer nog wel een keer, nu gaan we zo op weg om oma op te halen, en dan de andere kant van de familie te ontmoeten op Schiphol.....en dan wachten op jullie!!!!
    Wij kijken er naar uit ...dus ik zeg.....tot zo!!!!!!!!!!
    XXX mapa

  • 12 Oktober 2015 - 14:55

    Jurgen Dorine Reinier Zaal:

    haha! Een srilankees die meer verstand van de nl voetbalcompetitie heeft dan Wessel. Nog niet lang genoeg in de familie, zeker? Laten we volgende week zondag maar weer gaan zitten. 12.30 kick off. Of is dat teveel gevraagd? ;-)
    We hebben overigens met man en macht de slaapkamer spin vrij gemaakt...

    Wat een fantastisch verhaal als afsluiter. Indrukwekkende beschrijvingen gelardeerd met hilarische nuances. 'Publiceren' heb ik zelfs al iemand horen zeggen. Wij kijken er ook naar uit om jullie weer te zien!!! Tot zo!! Xxx

    NB: die keeper heet overigen Maenpaa...

  • 12 Oktober 2015 - 16:06

    Jurgen Dorine Reinier Zaal:

    Ja nog even reageren wij zijn al op fazantenspoor, dus zo meteen spoorslags naar Schiphol.
    Nog even een bakje koffie en dan op weg.
    Super om jullie weer te zien, tot zo!!!! Oma en Opa.

  • 13 Oktober 2015 - 11:51

    Wilma:

    WELKOM THUIS.

  • 13 Oktober 2015 - 17:31

    Dorine :

    Sri lanka , 11 jaar geleden mocht ik het ook zien en ervaren. De parel (vorm) van Azië !! Dan toch een einde gekomen aan 96 dagen Azië , wat hebben jullie een once in a Lifetime reis gemaakt. Al deze ontmoetingen met deze landen , dieren en mensen nemen ze je nooit meer af. Voor ons ook wel weer heerlijk om jullie weer in onze armen te sluiten , fijn om weer thuis te komen !! Lieve kinders jullie kunnen terug kijken op iets geweldigs , geniet van deze herinneringen ! XXX Dorine

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: India, Bombay

Sabrina & Wessel

-

Actief sinds 11 Juni 2015
Verslag gelezen: 1443
Totaal aantal bezoekers 7560

Voorgaande reizen:

09 Juli 2015 - 12 Oktober 2015

96 dagen Azië

Landen bezocht: